| Actie | Toelichting |
|---|---|
| Observatie tijdens ophalen uit wachtkamer, en gedurende het gesprek | Observatie of er een tremor ergens is met name van de handen, hoofd, stem, benen en kaak. Als cliënt zich niet geobserveerd voelt kan het beeld anders zijn (meer of minder ernstig) dan als specifiek de aandacht gericht wordt op de tremor. |
| Ontspannen laten zitten met handen op de schoot, of de armen laten hangen | Test voor rusttremor. Meestal is de rusttremor dan snel zichtbaar maar soms duurt het even (rond de 20 seconden). |
| Handen horizontaal strekken met handpalmen naar beneden en vingers gespreid | Test voor houdingstremor. Met vingers gespreid provoceert een aanwezige houdingstremor in de handen. |
| Een A4-tje op de rug van de hand leggen | Dit maakt een lichte tremor duidelijker zichtbaar. |
| Handen strekken met handpalmen naar elkaar toe | Test voor houdingstremor |
| Handen strekken met handpalmen naar boven | Test voor houdingstremor |
| Handen horizontaal voor de borst punten van de vingers vlak bij elkaar | Dit maakt een lichte houdingstremor vaak goed zichtbaar. |
| Activiteit en/of lopen | Dit versterkt vaak de rusttremor |
| Vinger-neus proef | Test voor intentietremor Vraag de cliënt de arm opzij te strekken en vervolgens met de vinger het topje van de neus aan te raken. Daarna hetzelfde met de ogen dicht. Andere arm ook testen. Ook variaties zijn mogelijk zoals: de onderzoeker houdt zijn hand omhoog en steekt de wijsvinger omhoog. De cliënt wordt gevraagd om de vinger van de onderzoeker aan te raken en daarna het topje van de eigen neus. Herhalen terwijl de onderzoeker zijn vinger rustig heen en weer beweegt. Bij het naderen van het doel ontstaat de tremor of neemt deze toe. Vaak is het meer een atactisch tremorachtig beeld. |
| Spiraal van Archimedes laten natekenen | Test voor tremor Normaal is een mooie, gelijkmatige en regelmatige spiraal. Bij een tremor zijn er onregelmatigheden en ontstaan er trillingen in de lijn. |
| Zin laten schrijven | Let op trillend handschrift. Vaak is handschrift slordiger vergeleken met vroeger. Bij rusttremor soms ook micrografie zichtbaar. |
| Kopje water laten overgieten in ander kopje | Kijk hoe cliënt het oplost. Observeer of het water eroverheen gaat en of de cliënt de kopjes tegen elkaar houdt (dit kan het overgieten vergemakkelijken). |
| Entrainment test | Test voor een functionele tremor Onderzoeker vraag of cliënt afwisselend snelle en langzame bewegingen kan maken met de niet aangedane ledemaat. De frequentie van de tremor verandert dan, past zich aan (entrainment) wat een argument is voor functionele tremor. (zie ook hoofdstuk functionele bewegingsstoornissen). |
| Vasthouden van de ledemaat met de tremor met een of twee handen | Test voor een functionele tremor De amplitude van de meeste tremors verminderen door het vasthouden, maar bij een functionele tremor breekt de tremor er vaak doorheen. |
| Laboratorium | Somatische oorzaken van tremor onderzoeken. TSH-screening, vooral als er aanvullende aanwijzingen zijn voor hyperthyreoïdie. Hyponatriëmie als mogelijke oorzaak van tremor (let op hyponatriëmie als bijwerking van SSRI’s). |
| Applicatie ‘Studymytremor’ | Hiermee kan de frequentie en andere aspecten van de tremor gemeten worden. Bekijk de instructies op studymyhealth.com/user-manuals/user-manual-studymytremor |