DSM-5 criteria houdingstremor door medicatie
333.1
Fijne tremor (gewoonlijk met een frequentie tussen 8-12 Hz) die optreedt tijdens pogingen een houding te handhaven en die ontstaat in samenhang met het gebruik van medicatie (bijvoorbeeld lithium, antidepressiva, valproïnezuur). Deze tremor heeft een grote gelijkenis met de tremor die voorkomt bij angst, en bij cafeïne en andere stimulantia.